zeester

achtergrondinformatie

Luister naar de podcast van Freek Vonk over de zeester. Klik op de play-knop in de gele cirkel.

De Nederlandse kust

Het westen en noorden van Nederland grenst aan de Noordzee. In Nederland is het strand dé plek de zee en het land elkaar ontmoeten.

Twee keer per dag overstroomt de zee het strand. We noemen dat vloed. Maar ook twee keer per dag trekt de zee zich weer terug. Dat is dan eb. Onze kustlijn is meer dan 500 kilometer lang.

Tijdens vloed brengt de zee allerlei materiaal uit de zee mee en laat het achter op het strand. Als het dan laag water is, dan kun je van alles en nog wat op het strand vinden, zoals: kwallen, garnaaltjes, zeewier, schelpen, krabben, zeesterren en nog veel meer.

Wat en hoe eet een zeester?

Zeesterren eten dode krabben, kleine vissen en slakken. Maar het lekkerste vindt hij de mossel. Maar die opeten gaat niet zo gemakkelijk, want de mossel doet zijn schelpen dicht en probeert zo de zeester buiten te houden. Dan omarmt de zeester de mossel met zijn zuignapjes. Daardoor kan de mossel geen vers zeewater en voedsel binnen krijgen en wordt de mossel moe om zijn schelpen dicht te houden en kan de zeester hem open trekken.

Als heeft geen mond die de mossel kan oppeuzelen. Dus wat doet hij dan? De zeester duwt zijn maag naar buiten en bedekt daarmee het het mosseldiertje in de schelp. Zo verteert hij de mossel. Dus buiten zijn eigen lichaam. Is de mossel opgegeten, dan trekt de zeester zijn maag weer naar binnen.

Wat is zeevonk?

Zeevonk zijn een soort minuscule kleine algjes, eencellig plantjes: dinoflagellaten genoemd.

Zeevonk heeft dierlijke kenmerken. Hij heeft geen bladgroen zoals andere planten en kan dus geen energie uit zonlicht halen. In plaats daarvan moet zeevonk andere organismen eten om te leven, zoals planktonplantjes en -diertjes en visseneitjes. Dit plantje lijkt dus meer op een diertje.

Als zeevonk heftig wordt bewogen zorgt een chemische reactie ervoor dat hij licht gaat uitstralen. Het oplichten is bedoeld om roofvijanden af te schrikken. Het ontstaat bij botsingen, dus wanneer het water te kalm is moet je zelf zorgen voor beweging. Lopen door het ondiepe water levert dan al een spectaculair effect. Bij te ruw weer gaat de zeevonk naar rustiger dieper water en kun je het langs de kust dus niet zien.

De kokmeeuw

In de Alblasserwaard zie je regelmatig kokmeeuwen met een enkele zwartkopmeeuw. En soms een kleine mantelmeeuw, stormmeeuw of zilvermeeuw. In dit filmpje gaat het over de kokmeeuw en zwartkopmeeuw.

In het broedseizoen hebben ze allebei een donkere kop. De kokmeeuw heeft dan een chocoladebruine kop, terwijl de kop van de zwartkopmeeuw zo zwart als pek is.